zaterdag, november 18, 2006

Interview met gefrustreerde apen

Het is vrijdagavond, mijn roommate Takuma zal nog een tijdje op zich laten wachten en ik ben een verrassend lekkere cake aan het eten. Tijd om nog een stukje aan mijn blog toe te voegen dus. Ik zal het vandaag over drie dingen hebben: het interview in Veto, de vergadering gisteren met de mensen van het Osaka European Film Festival en de uitstap naar Minou met de klas Japanse cultuur vandaag. Het wordt een lang bericht, en bij de eerste twee delen horen niet of bijna geen foto's. Daarom zal ik af en toe wat afbeeldingen van schattige diertjes ertussen steken.

Eerst het interview dus. Zoals ik reeds gezegd heb, was ik er over het algemeen zeker tevreden over. Uiteraard zijn er veel nuances die ik proberen te leggen heb verloren gegaan door de lengtebeperkingen op dit soort dingen, maar ik vind wel dat het belangrijkste van de dingen die ik gezegd heb er goed in vervat zijn.

Maar ik zou ik niet zijn als ik het allemaal super vond. Allereerst moet ik eerlijk toegeven dat de schrijfstijl van het stukje me niet zo lag. Hiermee bedoel ik niet dat ik het slecht geschreven vond (iedereen heeft immers zijn eigen stijl), maar het was gewoon wat vreemd om mezelf in zo korte zinnen te "zien" praten. Immers, wie mij kent weet dat ik nogal een fan ben van lange zinnen, zoals deze nu dreigt te worden, met af en toe een vergezochte en nutteloze vergelijking in, want zoals een panter geduldig om zijn prooi cirkelt - geruisloos bewegen zijn lenige poten door het kreupelhout, met spiedende ogen loert hij naar het nietsvermoedende wild dat klaar is om gegeten te worden - zo slaag ik er toch maar steeds weer in om geweldig rond de pot de draaien. Maar het kan ook wel zijn dat korte zinnen gewoonweg nodig waren in dit artikel, aangezien ik veel heb verteld en de auteur dat blijkbaar allemaal wou weergeven. Zelf zou ik eerder een paar stukken hebben laten vallen, maar dan werd het misschien te weinig een artikel over mijn blog, dus ik begrijp wel dat hij dat niet gedaan heeft.

Er waren toch ook een aantal inhoudelijke punten waarover ik opklaring wou bieden, bijvoorbeeld over hoe mijn Japans erop vooruit is gegaan. Ik was een beetje verbaasd te lezen dat mijn Japans blijkbaar "al veel beter geworden" is. Tenzij ik me erg vergis, heb ik dat toch nooit gezegd. Wat ik wel gezegd heb, is dat ik vooral vlotter heb leren spreken, aangezien dat er inderdaad wel merkbaar op verbeterd is. En uiteraard is mijn Japans er niet op achteruit gegaan, maar zeggen dat het "veel beter" is zou ik nu ook niet doen. Vooral ook omdat een taal iets is dat je, eens je de basis doorhebt, zeer stapsgewijs leert, elke dag een beetje meer. Ik heb bijvoorbeeld niet het gevoel dat ik echt al veel nieuwe woorden heb bijgeleerd, hoewel dat wel zo is. Het is pas als je er echt eens bij stilstaat (of je woordenlijsten bekijkt) dat je beseft dat je toch wel al heel wat hebt bijgeleerd.

De moeilijkste vraag uit het hele interview was ongetwijfeld die over zelfcensuur. Het is een interessante vraag, waar ik zeker nog veel zal over nadenken en waarschijnlijk wel nog wat over zal vertellen in de toekomst. Tot nu toe kan ik immers enkel met zekerheid antwoorden wanneer ik bewust aan "censuur" doe, maar er zijn ook altijd dingen die je onbewust filtert, zonder er echt bij na te denken, en het is uiteraard moeillijker om die te identificeren. Ik geef hier nu echter het antwoord dat ik per mail aan Alexander (de jongen die het interview afnam) stuurde:
(...) Tot nu toe heb ik dan ook niets verzwegen op mijn blog. Dat doen zou trouwens ook niet goed zijn voor de mensen die die blog lezen, aangezien ze dan een vertekend beeld krijgen, en dat is het laatste wat ik wil.

Ik kan me echter wel situaties voorstellen waarin ik wat voorzichtiger zou zijn met de dingen die ik schrijf. Als ik me echt slecht voel, zal ik dat bijvoorbeeld niet op mijn blog zetten, maar via chat/mail/skype vertellen aan mijn lief, familie of vrienden. Eventueel zeg ik er daarna nog iets over op mijn blog, maar enkel als het nog relevant is. Nu, ik denk dat de meesten dat wel zouden doen, en weet dus niet of je dit wel onder zelfcensuur kan plaatsen.

Daarnaast moet je er volgens mij ook rekening mee houden dat blije gevoelens van jezelf niet altijd even blije gevoelens bij andere mensen opwekken. Als ik bijvoorbeeld zou willen schrijven over een nieuwe hechte vriendschap die ik hier opgebouwd heb, zou ik dat eerst aan mijn vrienden in België vertellen voor ik het op mijn blog zet. Hoewel de kans hiertoe klein is, aangezien mijn vrienden goed kunnen relativeren, wil ik immers vermijden dat ze zich minder gewaardeerd zouden voelen "nu hij daar andere vrienden heeft" (dat is een quote die je nogal vaak hoort in zulke situaties). Voor veel mensen lijkt dat op het eerste gezicht misschien onnodig, maar het kan ook zeker geen kwaad. Aangezien ik het dan nadien wel op mijn blog zet, lijkt dit me ook niet echt zelfcensuur.

Soms moet je ook opletten met foto's. Niemand vindt het leuk zijn/haar lief iemand anders een knuffel te zien geven, terwijl hij/zij zelf je een jaar moet missen. Zulke foto's laat ik dan ook eerst aan mijn lief zien, en als zij dat liever niet heeft (na erover gepraat te hebben, uiteraard) zet ik ze niet op mijn blog. Dat is zowat het enige dat ik echt zou censureren (...)
Merk op dat ik het eigenlijk niet enkel over mezelf had, maar ook mijn algemene visie wou geven op hoe met dergelijke problemen om te gaan. Daarenboven vond ik het ook een goede gelegenheid om aan Stefanie en mijn vrienden nog eens extra te laten weten dat ik hen absoluut niet vergeten ben, en ik vond het dan ook wel een beetje jammer dat er van dit stukje bijna niets in het uiteindelijke artikel is gekomen. Hierbij ga ik het stukje over het interview afronden, maar wie nog vragen heeft mag die uiteraard altijd stellen.




Jullie herinneren je vast wel nog dat ik een maand geleden als vrijwilliger geholpen heb op het World CM Festival. Dit evenement was eigenlijk maar een zijproject, het belangrijkste moest nog komen: het Osaka European Film Festival, waarop onder andere een nieuwe Belgische film - Dennis van Rita, met Els Dottermans - zal te zien zijn. Als ik me niet vergis begint dat volgende week woensdag al, en het was dus hoog tijd voor een meeting om wat uitleg te verschaffen aan de vrijwilligers, aangezien we ook deze keer van plan zijn te helpen.

Uiteindelijk konden enkel Michael en ik naar de vergadering gaan, maar het was niet verplicht, dus dat was geen probleem. We hadden een adres gekregen en ook een zeer vaag kaartje, maar gelukkig had Michael zijn grote kaart van Osaka bij, en dus dachten we dat we het wel zouden vinden. Niet dus. We hebben heel wat tijd verloren met de weg te vragen aan een politieagent (die het zelf niet goed wist, vandaar) en in het verkeerde gebouw rond te lopen. In een straal van een driehondertal meter waren er immers twee gebouwen met dezelfde naam, en wij belandden natuurlijk in het verkeerde. Maar goed, na een telefoontje hebben we het toch gevonden, zij het veertig minuten te laat. De vergadering ging door in een klein apartementje, de uitleg werd gegeven in een nog kleiner kamertje door twee Japanners. Het was dus allemaal in het Japans te doen, waardoor we niet alles hebben kunnen verstaan, maar er rekening mee houdend dat Japanners erg goed zijn in nutteloze vergaderingen was dat helemaal niet zo erg. Het belangrijkste heb ik begrepen: we moeten een pak dragen, ons voorbereiden op vragen als "waarover gaat deze film?" en vooral beleefd zijn. Michael kreeg wel al een taak toegewezen (helpen met de belichting), maar wat ik moest doen wisten ze nog niet. Al bij al was het dus een niet zo leerrijke meeting, maar het was vooral wat me daarna gezegd werd dat me wat gefrustreerd maakte.

Zoals ik misschien al verteld heb, houden deze mensen dinsdag een galafeestje, in een peperduur hotel met veel glamour, glitter en waarschijnlijk dus ook lekker eten. Men had ons sterk aangeraden daar heen te gaan (om te helpen weliswaar), en de meesten van ons Belgen hadden daar wel veel zin in, wat we ook meermaals duidelijk hebben laten weten. Aangezien we daaromtrent nog geen bericht hadden teruggekregen, leek het me best om toch eens te vragen wat er daar nu van ons verwacht werd. Groot was mijn verbazing dan ook toen men me doodleuk meldde dat we daar niet echt verwacht werden. Nu kon dat ook betekenen dat we niet moesten helpen als we dat niet wouden, maar uit hun reactie op wat ik daarna zei (dat ik dat toch wel heel spijtig vond en dat we allemaal graag gegaan zouden zijn), bleek dat het een vriendelijke manier was om te zeggen dat het niet de bedoeling was dat wij daar rond zouden lopen.

Op zich vind ik het niet zo erg dat we daar niet heen kunnen gaan. Akkoord, ik had het graag gedaan en keek er wel naar uit, maar uiteindelijk heb je er ook niet zo veel aan. Wat me echter kribbig maakte, was dat ze daar totaal niet over gecommuniceerd hadden, en ik vraag me af of ze er iets zouden van hebben gezegd als ik het niet gevraagd had. Wie mij kent weet dat ik van weinig dingen echt kwaad wordt, maar gebrekkige communicatie als er afspraken moeten worden gemaakt hoort daar wel bij. Wij hadden immers speciaal die dag vrijgehouden voor dat evenement. Hilde en Judith hebben zelfs nog lang overwogen iets nieuws ervoor te kopen, aangezien zij niet echt "deftige" kleren meegebracht hebben naar Japan. Nog een geluk dat ze dat uiteindelijk niet hebben gedaan. Ik vond dit in elk geval niet kunnen, en heb dan ook reeds een zeer vriendelijke, maar ook eerlijke en kordate mail gestuurd om erop aan te dringen zulke situaties in de toekomst te vermijden. Als ik niet zoveel zin zou hebben om te helpen op dat festival, zou ik immers na gisterenavond zeker mijn medewerking hebben opgezegd, en als er zich in de toekomst noch dergelijke gevallen zouden voordoen, zal ik dat ook effectief doen. Ik zou het zeer jammer vinden, maar slechte communicatie frustreert me in die mate dat ik niet meer zou kunnen genieten van de rest.

Maar genoeg daarover, ik vertel verder over gisterenavond. Mijn ambetantigheid is toen immers vrij snel verdwenen, met behulp van... echt Belgisch bier! Michael had gehoord dat er in de buurt van Umeda (waar wij dus zaten) een Belgische bar was, en hoewel we die waarschijnlijk niet zouden kunnen vinden, deed het ons wel serieus zin krijgen. En het geluk was met ons, want op de terugweg naar het station passeerden we ineens een bord van...*tromgeroffel*... Duvel. En vlak erbij stond er nog een van Hoegaarden (of was het nu Leffe?), dus daar moest wel Belgisch bier te vinden zijn. En inderdaad, tot onze grote vreugde was er een bescheiden selectie beschikbaar. We konden kiezen uit Duvel, Leffe (blond of bruin), Kriek Bellevue of Orval. We hadden aanvankelijk beiden Leffe besteld, maar blijkbaar hadden ze daar nog maar één flesje van, dus Michael heeft zich dan maar opgeofferd om een Duvel te drinken. Kijk maar eens op de foto's om te zien hoe erg hij dat vond. En ik had mijn Leffe, totaal verkeerd uitgeschonken (door mijzelf) maar dat kon de pret nu echt niet bederven. Twee dingen maakten het er nog beter op: ten eerste een "bierkaart" van België (in het Nederlands, jawel), waarop zelfs Denderleeuw stond; ten tweede het feit dat ze ons een portie gratis frieten kwamen brengen. Om de pret niet te bederven zal ik maar niet zeggen dat we "iets meer" dan in België hebben moeten betalen voor deze heerlijke vochten. Het is dus zeker niet iets om elke week te doen, maar af en toe doet dat toch deugd, en dan is het elke yen waard.




Tot zover mijn leven en welzijn van gisteren, nu rest me enkel nog te vertellen over vandaag. Gisteren had de prof Japanse Literatuur immers opeens gezegd "gaan we morgen niet naar Minou?", en aangezien dat dat een heel mooi gebied is en we toch ook eens naar de kouyou (het verkleuren van de bladeren tijdens de herfst) moesten gaan kijken, stemden we daar uiteraard mee in. Nu, heel veel is er niet over te vertellen, hoe mooi het was kan je wel op de foto's zien. Wat wel grappig was, waren de apen. In het park waar we heen gingen, leefden immers apen in de (min of meer) vrije natuur. Die beesten staan erom bekend graag het eten van toeristen afhandig te maken, en die reputatie hebben ze zeker waargemaakt vandaag.

Toen we ze voor het eerst zagen, waren de apen nog wat schuchter en bleven ze in de bomen of op de heuvels. Nadat we daar een tijdje waren blijven staan (en misschien ook omdat ze eten roken) kwamen ze echter steeds dichterbij, tot het moment dat ze niet meer twijfelden en resoluut voor het eten gingen. Matt, een Amerikaan, was de gelukkige. Blijkbaar had hij zijn gebraden kippenstokjes niet goed genoeg weggestoken, want die aap was er mee weg voor hij het goed en wel besefte. En dan moet je echt niet meer hopen die nog terug te krijgen. Ook grappig is dat de andere apen dan achter degene met het eten aangingen om een stukje mee te pikken, wat de kleine dief uiteraard niet wou. Achteraf bleven een paar apen nog even rondhangen waar wij waren, zodat we een paar leuke foto's konden trekken.

Voor de rest hebben we daar gewandeld, eerst tot aan de top van een berg, daarna weer terug en dan tot aan de waterval. De verkleurde bladeren waren mooi, maar voor de rest was het nu ook weer niet zo heel speciaal. Ik was ook te lui om echt mijn best te doen goede foto's te trekken, waarvoor excuus. Maar vergeet ze toch niet te bekijken, zoals gewoonlijk in mijn online fotoalbum.

Zo, hiermee zijn jullie weer op de hoogte. Aangezien er dit weekend weer wat dingen te doen zijn, zal mijn volgend bericht waarschijnlijk niet lang op zich laten wachten.

2 Comments:

At 18/11/2006, 09:21, Blogger tummyfish said...

hoi ruben,
ik heb nooit echt de nood gehad om hier een comment te plaatsen omdat ik je nu eenmaal vaak zie hier, maar ik moet je toch wel feliciteren met het geniale idee om schattige diertjes te bloggen ^^

groetjes,
Judith

 
At 25/11/2006, 23:59, Anonymous Anoniem said...

BESTE RUBEN

IK VOND NU PAS IN VETO JE BLOG EN LEES JE BERICHTEN ERG GRAAG DUS
WELLICHT LEZEN ER OOK EEN PAAR PROFFEN = MINSTENS 1 !
ik hoop dat het blokken van mijn cursus af en toe nog nut heeft

 

Een reactie posten

<< Home