zondag, december 31, 2006

Gelukkig Nieuwjaar (deel 1)

Nee, ook hier is het nog geen Nieuwjaar, maar aangezien ik op het moment zelf geen pc bij de hand zal hebben, wil ik al even zeggen hoe de festiviteiten er straks zullen uitzien.

Om 16.30 hebben we (Hilde, Judith en ik) afgesproken met de mensen van de backpackerscircle om samen aan een wel heel originele nieuwjaarsactiviteit deel te nemen. We trekken immers naar Kobe om daar de Rokkou-berg te beklimmen. Tegen 22u zouden we op de top moeten zijn, waar we dan de nacht doorbrengen en de overgang naar het nieuwe jaar vieren. Dit wordt afgesloten met het bekijken van de zonsopgang rond 6u 's ochtends op 1 januari. Het belooft dus een unieke ervaring te worden!

Voor de overnachting hebben we wel een slaapzak nodig, maar die kunnen we gelukkig lenen uit de opslagruimte van de circle. Het zal in elk geval koud zijn, dus ik hoop dat mijn bevroren handen me nog zullen toelaten foto's te trekken van dit alles.

Het verslag ervan volgt zeer binnenkort, nu wens ik jullie alvast een zalig en/of gelukkig nieuwjaar, met een fijn feest, een leuke fuif of hoe jullie het ook willen vieren!

Ruben

zaterdag, december 30, 2006

post-Matsumoto blog

Noot Vooraf: ik heb al vele grappige reacties op mijn blog gekregen, maar een van de leukste vond ik toch die van de mensen die zeiden mijn berichten in meerdere stukken te lezen, aangezien ze te lang zijn om in één keer te verwerken. Daarom is er nu: de blog met intermissie! Ben je het lezen even moe? Laat je gedachten dan afdwalen met grappige of interessante filmpjes, rustgevende muziekjes en dergelijke meer. Deze dienst is bovendien volledig gratis!


Ons bezoek aan het verre (en vooral koude) Matsumoto ligt nu reeds twee dagen achter ons, dringend tijd dus voor het relaas van onze tocht! Men weze gewaarschuwd dat er in dit verhaal vele angstaanjagende figuren zullen voorkomen, zoals de vuile puzzelgever en de marginale veelfototrekker. Maar bovenal is het het verslag van de tocht van drie, en daarna vier, Belgen naar de Bergen, waar een andere Belg hen opwachtte. Nu de interesse is gewekt, zal ik snel beginnen, want net als de reis zal dit tekstje weer lang worden.

We zouden op 22 december vertrekken, naar goede gewoonte weer ’s morgens vroeg. Van slapen is er niet veel in huis gekomen, en dus heb ik mijn tijd gevuld met het versturen van een paar mailtjes, mijn blog bij te werken en in bad te gaan. Dit laatste om half vier ’s ochtends, en geloof het of niet, zelfs toen zaten daar nog Japanners. Door extra vroeg op te staan dacht ik genoeg tijd te zullen hebben om alles op mijn gemak te doen, maar mijn legendarische traagheid zorgde ervoor dat ik uiteindelijk maar net op tijd bij het station aankwam, waar reisgenoten Judith en Hilde al stonden te wachten. De trein naar Umeda liet niet lang op zich wachten, en elk nog met de slapers in de ogen vertrokken we.

Vanuit Umeda namen we de bus naar Matsumoto, een tocht van ongeveer vijf uur, gelukkig met af en toe een tussenstop bij een supermarktje met bijhorende sanitaire voorzieningen. Uiteindelijk kwamen de bergen in zicht, als teken dat we onze eindbestemming bereikt hadden. Gastheer Wim stond ons reeds op te wachten bij het station van Matsumoto, en na wat kleins naar binnen gespeeld te hebben trokken we naar zijn appartementje. Ik zou liegen als ik zou beweren niet een beetje jaloers te zijn geweest op zijn onderkomen, aangezien hij een vrij ruim appartementje had met een ruime woonruimte, een keukentje en een badkamer. Toch heel wat anders dan mijn klein kamertje, en bovendien veel gezelliger. Maar goed, we zouden hier zes nachten mogen doorbrengen, dus dat zag ik wel al helemaal zitten. In het midden van de kamer stond er een kotatsu, een tafel met ingebouwde verwarming waar je je benen onder kan steken als het koud is. Ideaal voor de kerstperiode, toch?

We besloten de verdeling van de slaapplaatsen te houden voor later, zodat we ons konden concentreren op een veel belangrijkere vraag: wat gaan we vanavond eten? Uiteindelijk werd het rijst met curry, naar een recept dat Hilde en Judith op hun kot al vaker met succes hadden uitgeprobeerd. Als dessert zouden er pannenkoeken zijn, iets waar ik natuurlijk nooit nee tegen zeg. Wij dus snel naar de winkel, zodat de twee meisjes niet lang daarna hun kookkunsten konden laten zien. En ik moet zeggen: het was zeer lekker, dank daarvoor dus. De pannenkoeken werden dan weer gemaakt met vereende krachten, maar met evenveel smaak opgegeten als de hoofdschotel. Na het eten zat de dag er bijna op, maar niet voor we Wims Dreamcast (een oude spelconsole) hadden uitgeprobeerd en nog wat onder de zachte dekens gekeuveld hadden. We waren echter moe genoeg van de lange tocht om snel onze ogen te kunnen sluiten in afwachting van de volgende dag.


De curry komt tot stand; Het eindresultaat; De pannenkoeken komen tot stand; Een mogelijk eindresultaat.

Deze begon met een bezoek aan het kasteel van Matsumoto, een van de drie bekendste oud-Japanse kastelen. Tijd en zin om binnen te gaan was er niet, en dus vulden we onze tijd met foto’s trekken (oa van exotische vogelsoorten, zie foto) en praten. Na een tijdje kwam David, een andere Belg die een jaartje in Matsumoto verblijft, ons toegereden op zijn fiets. Er moesten immers nog wat dingen geregeld worden voor het Belgisch kerstfeestje van de volgende dag, en we spraken meteen af die avond met ons allen iets te gaan drinken en eten. Maar eerst moesten we nog een keer terug naar het station om een andere Belg op te wachten. Stijn kwam immers van Tokio afgereisd om samen met ons de kerstdagen te vieren. Het blije weerzien volgde om 18u, perfect om meteen met z’n vijven al iets kleins te eten. Het werd Mos Burger, (voor de mensen die nog niet van dit fenomeen zouden gehoord hebben) een gezonde (ja, echt!) en lekkere (maar ook wel vrij dure) hamburgerketen. Stijn moest zich nog even installeren in zijn hotelkamertje (bij Wim was er jammer genoeg geen plaats meer), maar daarna konden we samen weer leuke dingen doen. Wat weet ik wel niet goed meer, dus waarschijnlijk was het niet zo heel speciaal…

Om half tien was het dan tijd voor de eerder afgesproken nomikai, die in feite een nomihoudai zou worden. Dat betekent veel drank en in dit geval ook veel eten, waardoor iedereen (we waren in totaal met ongeveer twaalf mensen) al snel in de juiste stemming raakte. De drank was goed, het eten naar mijn mening iets minder, er waren vele licht aangeschoten mensen, een paar die er iets meer last van hadden en veel meer valt daar niet over te zeggen. Zelf heb ik zeker niet minder gedronken dan waar ik voor betaald had, maar zoals iedereen wel al weet let ik er op het niet veel verder te laten komen dan “licht in de wind”, het “verjaardagsincident” even daargelaten.

Er was nog een activiteit gepland om de avond af te sluiten, namelijk een paar uurtjes doorbrengen in een lokale hiphopclub. Voor mensen zich wanhopig van kliffen storten in de overtuiging dat ik door mijn verblijf in Japan gemutileerd voor het leven ben, nee, dat is nog steeds niet mijn stijl van muziek, maar ik dacht dat ik een uurtje of twee, drie kon overleven. En dat was ook zo. Het begon in elk geval al grappig, met vier acts waarbij telkens een ander stel meiden dansende bewegingen zou maken op het ritme van de muziek. Ik verwoord het met opzet zo, aangezien het eerste groepje wel iets deed dat leek op dansen, maar bij nader inzien eerder wat willekeurig schudden met borsten en billen was. Oh ja, ze hadden ook nog van die ultrakorte kerstpakjes aan waardoor hun “facetten” extra in de kijker werden gezet. Waarschijnlijk sprak dat een deel van het manvolk in de zaal wel aan, maar het blatante gebrek aan enige finesse in hun bewegingen deed mij eerder denken aan een een mislukte Miss Piggy act. Dit alles om te zeggen dat ik er niet wild van was.

De drie groepjes erna waren daarentegen wel goed, en hoewel de muziekstijl waarop ze dansten nooit mijn favoriete zal worden, was ik toch wel vaak onder de indruk van hun act. Daarna ging alle aandacht weer naar het hoofdpodium, waar twee dj’s voor wat entertainment zorgden bij de gedraaide plaatjes. En eerlijk is eerlijk, voor zover ik daarover kan oordelen deden ze het niet slecht. De muziek was nog steeds niet echt iets voor mij (ja, ik herhaal dit opzettelijk), maar uiteindelijk viel het allemaal dus nog mee. En op het einde gingen we naar huis, waar we sliepen. En toen begon de volgende dag.

Het was de dag waarop alle Belgen die zich op dat moment in Matsumoto bevonden samen zouden komen om kerstmis te vieren, aangezien het 24 december was, een datum die niet zo slecht gekozen was voor een dergelijk feestje. Maar eerst stond ons een naar verluidt onmogelijke opdracht te wachten: een zware tocht naar Arupusu Kouen (Alpenpark), waar we al veel over gehoord hadden en wat we dus zeker toch eens moesten bezoeken. Er was ons aangeraden met een vervoermiddel op wielen daarheen te gaan, aangezien het toch wel “heel ver” was, maar dappere avonturiers als we zijn, gingen we met ons vijven te voet de uitdaging aan. Nu hadden we wel al vermoedens dat de onmogelijkheid van deze tocht licht overdreven was, maar de werkelijkheid sloeg deze uitspraken al helemaal aan diggelen. Als dit als ver beschouwd werd, dan was onze bergtocht in Kobe begin oktober waarschijnlijk qua afstand het equivalent van een halve wereldreis. Bon, het park zelf was zeker de moeite waard, met als hoogtepunt toch wel de papegaaien die naar verluidt konden spreken. En inderdaad, niet lang nadat we bij hun kooi kwamen begon er eentje konnichiwa (hallo) te zeggen. Nog beter was echter de papegaai ernaast, die niets zei, maar blijkbaar gefascineerd was door Judith. Eerst leek hij (of zij?) haar weg te willen jagen met gekrijs en geklauw (maar ze zat in een kooi, dus dat laatste haalde uiteraard niet veel uit), maar daarna begon hij Judiths bewegingen na te bootsen, met vele grappige resultaten als gevolg. Ik heb er slechts één goede foto van, maar op de blogs van de anderen kan je normaal gezien wel meer vinden. Na ons kostelijk vermaakt te hebben met het beest, gingen we verder, naar de konijntjes, de boerderijdieren (waar Judith vergeefse pogingen ondernam om met een schaap bevriend te geraken), de apen en de zwijnen. Er waren nog genoeg andere dieren en diertjes te zien in het park, maar het was ineens erg koud geworden, en dus besloten we terug te gaan.


Groepsfoto (Wim, Stijn, ik, Judith, Hilde); Hilde overwint sneeuwbal; Judith en dikke vriend de papegaai; Judith probeert vriendschap te sluiten met schaap.

Terug “thuis” brachten we nog enige momenten door in het appartementje, waarna de Grote Trek naar de plaats waar we kerst zouden vieren begon. Daar aangekomen was er alweer een blij weerzien, deze keer met Kevin, net als Stijn en Wim klasgenoot van ons in Leuven en nu ook een jaar actief in Matsumoto. We zijn dan eerst wat extra drank gaan kopen (we moesten voor eigen drank zorgen, en bij de gemeenschappelijke aankopen zat er te weinig spek naar onze bek), om ons daarna gezellig te installeren in de ons ter beschikking gestelde ruimte. Tot mijn vreugde ging dit feestje immers niet door in een traditioneel drankhuis of restaurant, maar in een klein zaaltje waar je op de grond kon zitten, je in comfortabele zetels kon nestelen of gewoon rondlopen. Ook nu weer was de drank al snel in de man, wat ongetwijfeld een paar leuke foto’s zou opgeleverd hebben ware het niet dat ik het trekken daarvan weer even beu was geworden. Andere mensen wouden dat echter wel in mijn plaats doen, en zo komt het dat ik deze paragraaf toch een beetje kan opfleuren met beelden van gekke Belgen.

Klokslag 12u was het champagnetijd ter ere van de aangebroken feestdag, en om dezelfde reden werden er nadien pakjes uitgedeeld. Iedereen had een persoon opgekregen waarvoor hij/zij een kleinigheid moest kopen, met een richtprijs van 1000 yen. Zo kwam het dat ik van Michael een grote fles Kriek Boon kreeg (waarvoor nogmaals erg veel dank) en aan Hilde een chocoladefondueset schonk. Blijkbaar hadden wij heel dit gebeuren wel iets serieuzer genomen dan anderen, aangezien de cadeaus van andere mensen onder andere puzzels van dertig stukken inhielden. Niet dat daar iets mis mee is, maar vanaf nu voeg ik de uitdrukking “vuile puzzelgever” toch toe aan mijn woordenschat. Ik zal ernaar streven het op strategische momenten in conversaties te gebruiken.

Naarmate de avond vorderde, werd er meer en meer gedronken, en ondervond ik actief de nadelen ondervond van niet dronken te zijn wanneer ongeveer al de rest “zo zat als een konijn” (om nog eens iets uit Michaels repertoire te gebruiken) was. Ik moet dan ook toegeven dat ik lichtjes opgelucht was toen we naar onze slaapplaats terugkeerden. Soit, voor het grootste deel was het zeker een leuke avond, dus reden tot klagen had ik zeker niet. Misschien toch nog een laatste noot aan mogelijk bezorgde ouders: de mensen op mijn foto's waren maar heel lichtjes "zat als een konijn".

De volgende ochtend was – volgens de “officiële” planning – bestemd om uit te kateren, maar dat was voor ons niet echt noodzakelijk. In de plaats daarvan hadden we afgesproken naar de karaoke te gaan, een activiteit die zo kenmerkend is voor Japan dat je ze toch wel moet gedaan hebben als je eindelijk eens met een paar Belgen samenkomt. Deze bewering slaat natuurlijk op niets, ik wou het gewoon doen omdat ik karaoke nu eenmaal een leuke bezigheid vind. Dat de zaken waarvan je het meest geniet je ook de grootste teleurstellingen kunnen opleveren werd jammer genoeg nog eens bewezen toen we het lokaaltje binnenstapten. Nu moet ik zeggen dat we – bij wijze van grap – veel commentaar op Matsumoto en zijn faciliteiten geleverd hebben (waarvoor excuus), waarvan het meeste natuurlijk overdreven was. Ik overdrijf echter niet als ik zeg dat deze karaoke echt slecht was in vergelijking met wat we hier (in Osaka) gewoon zijn: hij was duur, er waren minder leuke nummers, het was er véél te warm en vooral: er was geen elektronisch opzoeksysteem voor de liedjes, waardoor je massaal veel tijd verloor met het bladeren in twee “telefoonboeken” om meestal tot de vaststelling te komen dat het liedje dat je zocht er toch niet bijstond. Achteraf gezien hadden we dus misschien toch beter naar de andere karaokeplaats kunnen gaan, die weliswaar nog duurder, maar naar Wims zeggen voor de rest wel goed in orde was. In een volgend leven zullen we die dus zeker eens bezoeken.


***PAUZE DIE DE VLOTTE TEKSTOVERGANG VERSTOORT (net als pauzes in de cinema meestal)***

Dingen om te doen tijdens de pauze:
- Kijken naar Kiwi!, een schattig en ontroerend animatiefilmpje met een diepere boodschap.
- Een spelletje spelen op Orisinal, meestal met een lief diertje in de hoofdrol.
- Lachen met Rock, Paper, Saddam (beelden van Saddam Hussein tijdens zijn proces in een lichtjes andere context geplaatst, al zijn naar mijn mening enkel de eerste tien plaatjes grappig)
- Een hilarisch moment uit Willy's en Marjetten van vorige week herbeleven (enige voorkennis van dit programma is wellicht vereist, kijk zeker tot op het einde)
- Luisteren naar een georchestreerde versie van enkele bekende Queen-liedjes. Aan jullie om te ontdekken welke.
- Mijn paper van Japanse politiek van vorig jaar lezen (benieuwd of iemand dit echt gaat doen :).

***EINDE VAN DE PAUZE***


Tijd om te treuren om wat had kunnen zijn was er echter niet, aangezien we niet te lang mochten wachten voorbereidingen te treffen voor ons eigen, privé, supermegagaaf kerstfeestje, deze keer dus in de gezellige geslotenheid van Wims appartementje met ons vijven. We hadden besloten zelf te koken en hadden onze zinnen gezet op pasta. Met kaassaus. Pasta is niet zo moeilijk te vinden in Japan, maar goede kaas kopen is een ander paar mouwen. Gruyèrekaas (vooral bekend in België als de kaas die iedereen op zijn spaghetti doet) is hier bijvoorbeeld bijna totaal onbekend, en we hebben ons dan maar tevreden gesteld met een creatieve mix van mozzarella, gouda en parmezaan. Een rare combinatie misschien, aangezien mozarella zijn smaak voor een groot deel verliest bij het opwarmen en parmezaan dan weer heel erg sterk doorsmaakt. Maar we hebben het er toch mee gedaan, en ik was best tevreden met het resultaat.

Kerstmis vieren ver van je familie en vrienden is natuurlijk niet ideaal, maar ik denk wel te mogen zeggen dat we het met ons vijven toch heel erg gezellig hebben kunnen maken. Ons feestje begon met twee soepen: onvervalste kippensoep uit blik (opgestuurd door Wims familie) en nog onvervalstere poedertomatensoep. Een streling voor de smaakpapillen; vooral aangezien het eeuwen geleden was dat ik niet-Japanse soep had gegeten. Wanneer ik na mijn verblijf in België van drie weken terugkeer naar Japan zal ik zeker een voorraad instantsoepjes meenemen. Na de soepen volgde de pasta, en daarna het dessert. Maar niet zomaar één dessert, nee, drie desserten. Omdat we nu eenmaal zo stoer zijn. En alledrie met chocolade. Omdat we Belgen zijn. We konden achtereenvolgens genieten van chocoladepudding, chocoladefondue en chocoladecake. Tegen dat de cake op tafel kwam zat iedereen al wel behoorlijk vol – iedereen behalve ik, die tot ieders grote ontsteltenis nog een tweede stuk naar binnen speelde.

Tussendoor werden er natuurlijk ook deze keer foto’s getrokken – “marginaal veel”, volgens Judith, wat ons meteen een tweede nieuw en origineel scheldwoord opleverde – en cadeautjes uitgewisseld. Iedereen had voor de vier anderen een klein pakje moeten zoeken, en er waren heel wat originele dingen bij. Zo kreeg ik van Stijn een acrobaat die aangedreven door een magnetisch veld de gekste bewegingen blijft maken. Wim gaf me een Kendama (traditioneel Japans speelgoed) en van Judith en Hilde, mijn voorliefde voor lekker eten indachtig, kreeg ik respectievelijk een grote reep chocolade en peperkoek. Ook dit feestje moest echter ooit ten einde lopen, en na Stijn vergezeld te hebben naar zijn hotel, kropen ook wij weer onder de lakens.


Stijn met twee van zijn cadeau's; Hilde met cadeau; Wim overhandigt Stijn cadeau, de persbelangstelling is groot; Hilde, Judith en een cookiemonsterbuidel.

De volgende dag stond er oorspronkelijk een ski- of snowboardsessie met de andere Belgen op het programma, maar aangezien dat dat een dure bedoening zou worden en ik geen van beide kan, zag ik hier eerlijk gezegd een beetje tegenop. Bovendien was er (uitzonderlijk) geen sneeuw gevallen de voorbije dagen, waardoor we naar een kunstmatige piste zouden moeten trekken die nog veel verder lag en waarschijnlijk dus ook duurder ging zijn. We besloten dan maar deze plannen op te bergen en in de plaats naar Nagano te trekken, bekend als gaststad van de Olympische Winterspelen van 1998. We zouden er twee dingen doen: de Zenkouji-tempel gaan bezoeken en gaan schaatsen op de ijspiste van voorgenoemde Spelen. Aangekomen bij de tempel merkte ik dat ik de batterijen van mijn fototoestel vergeten op te laden was, zodat ik ook hiervan geen foto’s heb. Lang zijn we er echter toch niet gebleven, aangezien het deel waarvoor je moest betalen ons niet echt de moeite waard leek. De Zenkouji huist immers weliswaar het (naar verluidt) eerste boeddhistische beeld dat in Japan werd ingevoerd, maar een kopie daarvan is slechts om de zes jaar te zien, de volgende keer in 2010.

Dan maar snel naar de ijspiste. Hoewel, snel, er was niet echt een snelle busverbinding naar M-Wave, het oudolympische snelschaatsstadion. Maar dat kwam eigenlijk perfect uit, aangezien we toch nog moesten eten, het perfecte tijdverdrijf als je op een bus moet wachten. Vol verwachtingen trokken we daarop dus naar het stadion, maar daar aangekomen leek het er even op dat ook dit een lichte teleurstelling zou worden. Het zag er immers potdicht uit, de lichten waren uit en de deuren op slot. Gelukkig lieten we de moed niet zo snel zakken en liepen even rond het gebouw om te kijken of er toch niets open was. En voorwaar, helemaal aan de andere kant vonden we een open deur die ons dan nog rechtstreeks tot bij de schaatspiste bracht. Een mens zou zich wel gaan afvragen waarom ze die ingang niet iets minder obscuur hadden gemaakt, maar goed, het belangrijkste was dat we konden gaan schaatsen. Of tenminste toch de mensen die dat wouden, want zowel Judith als ik voelden ons niet echt geroepen alweer meer dan duizend yen te betalen voor iets dat we uiteindelijk toch niet zo graag deden. Nee, dan was aan de kant naar de kunstjes van de anderen kijken veel leuker. Om reeds genoemde reden zal het echter nog even wachten worden op foto’s of filmpjes van anderen voor ik bewijs hiervan kan laten zien.

En zo sloten we ons bezoek aan de olympische stad toch nog beter dan verwacht af, met enkel nog de lange treinreis terug in het verschiet. Ik zeg lang, niet omdat ze echt lang duurde (iets meer dan een uur), maar omdat de omstandigheden in de trein je deden wensen dat de tijd veel sneller vooruit zou gaan. Ik kan begrijpen dat men de reizigers een warme wagon wil bieden tijdens de koude winterperiode in de Japanse Alpen, maar dat betekent niet dat je het zo warm moet maken dat het temperatuurverschil tussen binnen en buiten ronduit ongezond wordt. Want geloof me, na die treinreis voelde ik me bijna ziek. Gelukkig ging dat snel over eens we terug in Wims appartementje waren. Het plan was nog naar een film te kijken op zijn laptop, maar een plotse stroomstoring stuurde dat grondig in de war. We hadden geen problemen met de elektriciteit, maar het had er wel voor gezorgd dat er iets grondig misgegaan was met de harde schijf van de laptop. Het is allemaal iets te lang om in detail uit te leggen, maar we hebben het nog proberen te herstellen, zonder resultaat. Ik hoop voor Wim dat hij zijn gegevens toch nog kan terugwinnen…

De volgende dag, 27 december, was meteen de laatste waarop we echt iets konden doen. De 28e zouden we immers al om 6u ’s ochtends moeten vertrekken en bovendien moesten we al om 17u afscheid nemen van Stijn. We kozen er toch voor om eens goed uit te slapen (iets wat we de dagen ervoor niet hadden kunnen doen), en zelfs toen Stijn ons om 11u kwam vergezellen schoten we maar zeer traag in actie.

Eerst brachten we een uurtje door met kijken naar een paar tv-shows waar een poging gedaan werd Engels aan te leren. Het enige probleem hierbij was dat ik het gevoel had dat die shows het zo verkeerd aanpakten dat ze de Engelse vaardigheden van hun kijkers eerder naar beneden zouden helpen. Een voorbeeld: er werd een “luisteroefening” gehouden, waarbij men de grammaticale constructie die men hoorde moest opschrijven. Het markantste geval was een zin met “should’ve”, met als doel de studenten met deze afgekorte vorm vertrouwd te maken. Al snel werd duidelijk dat de deelnemers geen enkel besef hadden van de grammaticale context van de zin die ze gepresenteerd kregen (aangezien ze constructies invulden die ze nooit zouden gebruiken als ze de effectieve regels kenden), wat de oefening meteen herleidde tot een wedstrijdje “wie heeft de beste oren”. Daarnaast begingen ze echter een grote fout die Japanners nog veel te vaak maken, wellicht aangespoord door dit soort programma’s: ze schreven de constructies niet in het Engels op, maar in katakana, een van de drie Japanse schriften. Katakana is weliswaar een fonetisch schrift, waarbij elk teken voor een vaste klank staat, maar het bevat enkel Japanse klanken, en daar zit geen enkel equivalent voor de meeste klanken in constructies als “should’ve” bij. Dus wat doen de Japanners dan? Proberen ze het zo correct mogelijk uit te spreken? Nee, ze maken er “shudabu” (spreek uit: sjoedaboe, met korte oe’s), aangezien dat allemaal klanken zijn uit het Japanse alfabet en toch tenminste een beetje lijkt op het originele woord. En dan maar verbaasd zijn dat ze ik hen niet versta als ze Engels spreken. Misschien zou dat veranderen als ze eens de moeite zouden doen werkelijk “should’ve” of “university” (ipv yoenibaasitie) te zeggen. Ik heb al vaak de neiging gehad tegen een Japanner die niet weet dat ik Japans spreek en die dus in het Engels begint te zeggen: “spreek maar in het Japans, hoe moeilijk je het ook maakt, het zal altijd verstaanbaarder zijn dan je Engels”. Tot nu toe hou ik het bij “oh, ik wil graag mijn Japans oefenen, dus zullen we in het Japans spreken?”, met een mooie schaapachtige glimlach op het eind.


De laatste foto's van het kasteel

Maar goed, ik ben weer eens afgedwaald… na dit televisieavontuur raapten we onszelf toch bij elkaar om te vertrekken naar het kasteel van Matsumoto, deze keer om effectief binnen te gaan. Het was koud, en bovendien mochten we onze schoenen niet aanhouden, zodat de kans op bevroren tenen met honderd procent verhoogd werd. En ik trek geen foto’s als ik het koud heb. In feite zijn we het kasteel vrij snel doorgelopen. Er stonden wel genoeg zaken uitgelegd en uitgestald, maar de meeste daarvan vond ik niet zo spectaculair, aangezien ik nu eenmaal niet erg geïnteresseerd ben in kastelen. Ongeveer alles staat ook nog eens uitgelegd in het foldertje dat we meekregen.

Door ons getreuzel ’s ochtends was het na het kasteelbezoek al tijd voor Stijn om te vertrekken. Nadat we hem hadden uitgewuifd bij de bushalte, namen we zelf de bus naar een laatste locatie die we wouden bezoeken: Asama Hot Plaza, een publiek badhuis waar we onszelf uitgebreid konden reinigen op zes verschillende manieren, van heet tot heel koud. Het leukste waren de twee buitenbaden, waar je tussen de warme dampen op de rotsen kon zitten terwijl je niet voelde dat het rondom je eigenlijk aan het vriezen was. Een van die rotsen leverde me wel een flinke snee op toen ik erop wou klauteren. Maar het voornaamste was dat we aangenaam hebben kunnen baden, en helemaal opgefrist een paar uur later aan ons laatste avondmaal samen konden beginnen. We kozen voor okonomiyaki, aangezien we wel eens wouden zien of ze er in Matsumoto evenveel van bakten als in Osaka, waar dat gerecht toch een specialiteit is. Het moest er eerlijk gezegd niet voor onderdoen, wat het tot een heel geslaagde maaltijd maakte. Daarop keerden we terug naar het appartement, waar we nog een paar laatste uurtjes samen zouden doorbrengen. Eigenlijk was het de bedoeling niet te slapen (aangezien we heel vroeg moesten opstaan), maar zoals bijna altijd in dat geval is dat uiteraard niet gelukt.

Het afscheid van Wim en Matsumoto verliep dan ook zoals onze heenreis: nog met de slapers in de ogen. Naast onze bagage namen we deze keer echter ook allerlei ingeloste verwachtingen en leuke herinneringen mee naar huis, en het was dan ook met dankbaarheid dat ik mijn ogen kon sluiten op de bus. Moe, maar zeer tevreden...

(meer foto's zijn te vinden op de gebruikelijke plek)

vrijdag, december 22, 2006

pre-Matsumoto blog

Even vooraf: er zijn heel wat nieuwe foto's beschikbaar, klik daarvoor hier. Slechts twee van de vijf gebeurtenissen waarvan ik foto's heb worden hieronder beschreven, maar vragen ivm de andere zijn natuurlijk altijd welkom. Ik heb hieronder weer een vrij beknopt verslag gegeven van de twee opmerkelijkste gebeurtenissen. Er zijn zeker nog heel wat zaken waarover ik zou willen vertellen, vooral dan een paar grappige en/of interessante anekdotes. Maar de tijd ontbreekt, dus (voorlopig) zal het beperkt blijven tot wat hieronder te vinden is.

Ah, morgen naar Matsumoto om daar voor een kleine week kerstmis te gaan vieren met wat andere Belgen. Ik kijk er al naar uit, maar eerst wil ik wel nog mijn blog even bijwerken. Anders duurt het nog een week voor dat gebeurt, en jullie hebben al lang genoeg moeten wachten. Over de omstandigheden waarin de foto hiernaast is getrokken vertel ik zo dadelijk, maar eerst ga ik een kleine twee weken terug in de tijd. De datum: 12 december, de verjaardag van Hilde én Chuuken. Reden genoeg om feestjes te bouwen dus, maar we hebben het natuurlijk wel zeer bescheiden gehouden...

Aangezien ik danig verwend was geweest op mijn verjaardag door mijn twee kansaibuddies, hielp ik graag iets gelijkaardigs op poten te zetten voor de jarige deze keer, Hilde dus. Nu had deze zelf wel al een paar dingen gepland, dus een echte verrassing konden we niet meer uit onze mouw schudden, maar we konden tenminste originele cadeautjes kopen. Of dat gelukt is, moet je aan Hilde vragen, maar ze zag er alvast erg blij uit. Toevallig kregen we op de plaats waar we gingen eten elk een gratis portie gyoza, waardoor de pret al helemaal niet meer stuk kon. Op speciale dagen als deze kan je een maaltijd natuurlijk niet afsluiten zonder dessert, en daarvoor trokken we andermaal naar de chocolatier/pattiserie hier in de buurt. Een heerlijk stuk taart, een koffie en talloze gekke gespresonderwerpen later (een greep uit het aanbod: kerstliedjes, Sinterklaas en de waarde van een zak rijst als lerstcadeau) was het al bijna 19u en dus reeds tijd om naar de dorm terug te gaan om te avondmalen. Maar dat betekende natuurlijk niet dat de dag al voorbij was, nee, om 21.30 gingen we weer samenkomen aan Wood Village, het door iedereen geliefde café dat net op de 12e heropende na de schade van een klein brandje hersteld te hebben. Om dat laatste te vieren, kon je heel de nacht zoveel drinken als je wou voor slechts 1500 yen, bijzonder goedkoop als je weet dat twee uur ongebreideld drinken normaal gezien 2000 yen kost. Nu verdenk ik die mensen er wel van meer fruitsap en minder alcohol in de cocktails gemengd te hebben, want na een stuk of acht glazen voelde ik absoluut nog niets.

Maar goed, dat nam niet weg dat het best plezant was, al moet ik ook zeggen dat het niet mijn favoriete soort feestje was. Ongeveer alle buitenlandse studenten waren immers uitgenodigd, en het zat daar dus goed vol. Wie me kent, weet dat ik sowieso eerder voor kleine groepjes ga kiezen, en ik heb dan ook het grootste deel van de tijd met twee of drie doorgebracht. Judith en ik hebben onder andere interessante gesprekken gehad met Ryou (een van mijn favoriete Japanners, die we dan ook nog eens heel vaak tegenkomen) over walvisvangst in Japan. Opvallend was hoe zelfs een intelligente jongen als hij niet veel meer wist dan wat overheid en kranten hierover vertellen en dus heel veel verkeerde informatie erover had. Maar hij is van zeer goede wil, en zal vanaf nu meer naar kritische bronnen op zoek gaan. Via hem hebben we trouwens ook gratis eten gekregen, door een slimme exploitatie van het kouhai-senpai systeem, waarbij de oudere student dus voor de jongere moet "zorgen". In feite vallen wij - als buitenlanders - buiten dit systeem, maar toch hadden we niet veel moeite Ryou ervan te overtuigen dat hij onze senpai was en ons dus toch wel zeker een hamburger kon betalen. En dat deed hij!

Aangezien de drukte me op de lange duur toch iets te veel werd, ben ik wat vroeger dan de rest naar huis gegaan. Al bij al was het echter zeker een geslaagde avond, en ik ben er zeker van dat Hilde en Chuuken er ook van genoten hebben - en dat was nu toch wel het belangrijkste.


Deze periode was wel niet echt goed op het vlak van studieproductiviteit. Naast de twee verjaardagen stond er immers nog een veel groter evenement aan te komen: het muziekfestival voor buitenlandse studenten, waar ik al eerder over verteld heb. Dat zou in ieder geval plaatsvinden op de 17e, er bleven dus niet veel repetities meer over. Zo belangrijk waren die nu ook weer niet, aangezien er vooral geoefend werd op het liedje voor aan het slot, wat toch al goed genoeg ging. Ik had echter wel wat meer mijn eigen stuk willen oefenen met Junko, "mijn" pianiste. Jammer genoeg zou ik haar pas op de dag van het optreden weerzien, dus heb ik me tijdens de week vooral geconcentreerd op mijn eigen toon zo goed mogelijk te krijgen. Het is niet gemakkelijk om op kot te oefenen, aangezien er buiten mijn kamer helemaal geen ruimtes zijn waar ik dat kan doen. Het klinkt misschien vreemd, maar Japanners oefenen hun instrument meestal buiten, vandaar ook dat er niet echt nood is aan speciale ruimtes daarvoor.

Zoals gezegd, was het zaterdag dan de voorlaatste repetitie, die extra lang zou duren omdat Japanners nu eenmaal dingen graag nodeloos rekken. Wie verwacht had dat er toch iets speciaals zou gebeuren kwam voor het grootste deel bedrogen uit, aangezien het merendeel van de tijd toch weer ging naar het zingen van het liedje en - vooral - overleggen over dingen waarover ze beter wat langer hadden nagedacht voor de repetitie begon. Judith had een iets zinvollere opdracht, aangezien zij eindelijk haar tekst had gekregen (u herinnert zich nog dat zij de show ging presenteren) en die nu mocht oefenen samen met haar Chinese copresentator. Na de repetitie mochten we op eigen kracht iets gaan eten, en daar hebben Judith en ik geprofiteerd om onszelf nog eens op okonomiyaki te trakteren. Een okonomiyakehuis vinden was wel niet zo gemakkelijk, maar na een twintigtal minuten zoekwerk en een paar mensen lastig gevallen te hebben met onze gebruikelijke "ik zoek dit, is dit hier in de buurt?" routine, zijn we toch ter bestemming geraakt. Nu is okonomiyaki altijd goed, maar degene die we zaterdag hebben gegeten was echt wel de beste tot nu toe. Ik onthou de naam Fuugetsu.

Rustig van onze maaltijd willen genieten betekende wel dat we niet op tijd terug zouden zijn voor het slot (en in mijn geval enige zinvolle deel) van de repetitie, waarbij we allemaal samen naar het gebouw zouden gaan waar we ons zondag van onze beste kant gingen mogen laten zien. Niet getreurd, we waren daar al eens eerder geweest, dus we konden er gemakkelijk zelf geraken. Uiteindelijk waren we er zelfs veertig minuten voor de Japanners. Ter plaatse kregen we dan nog wat korte uitleg over waar onze kleedkamers zich bevonden, wat we zeker niet mochten vergeten (verrassing: onze instrumenten!) en dat we er de volgende dag absoluut om negen uur 's ochtends moesten terugstaan.

Een normaal mens zou dan ook meteen zijn bed inkruipen, maar ik had nog iets anders te doen. Aangezien ik een vrij klassiek klinkend stukje muziek ging brengen, had men me gevraagd mijn kostuum aan te doen. Geen probleem voor mij, maar dat betekende wel dat ik iets moest doen dat ik nog nooit tevoren zelf had gedaan - en nu komt het: een das knopen! Jaja, lach maar, maar ik moest dat dus wel op een paar uur leren. En wat doet een modern kind dan? Juist, op Google intikken "how to tie a tie". En daarna hetzelfde doen op Youtube. Dat klinkt misschien hilarisch, maar de informatie en demonstraties die je vindt helpen echt wel. Oordeel zelf aan de hand van de foto's.



De zenuwen voor de volgende dag hielpen me natuurlijk ook niet in slaap te geraken, en dus was ik eigenlijk wel vrij moe toen het 9u was. Nu heb ik dat wel al vaker gehad voor een optreden, dus erg verontrust was ik er niet door. Ik was trouwens zenuwachtig genoeg dat ik niet eens meer aan vermoeidheid dacht. Die zenuwen speelden me wel parten, vooral tijdens de generale repetitie. Zoals ik al eerder vertelde, was het de eerste keer in ongeveer een week dat ik nog eens samen met Junko speelde, en dat droeg zeker niet bij aan de kwaliteit van ons samenspel. Maar wie muziek speelt houdt in zijn achterhoofd altijd wel ergens de uitspraak "een slechte generale is een goed concert", en bovendien had ik er ook volledig vertrouwen in. Na de generale repetitie (die dus nochtans niet echt goed was) ebden mijn zenuwen dan ook langzaam weg, en op een of andere manier ben ik er zelf in geslaagd ze niet terug te laten komen toen we echt moesten optreden. Op het "grote moment" was er uiteraard wel een zekere spanning, die omsloeg in grote vreugde toen zowel Junko als ik een toch wel mooie prestatie neerzetten op het podium. Het doet uiteraard altijd bijzonder veel deugd om iets waar je veel voor geoefend hebt ook effectief lukt, maar nu was het ook nog eens extra belangrijk, aangezien ik hier waarschijnlijk (bijna) niet meer de kans ga krijgen nog eens op te treden. Het hele muziekfestival is in elk geval opgenomen op video, en binnenkort zouden we die kunnen bestellen. Dan zal ik in elk geval proberen een filmpje van mezelf online te zetten.

Ik mag natuurlijk niet vergeten te vermelden dat presentatrice Judith het fantastisch gedaan heeft. Haar tekst kwam, ondanks haar zenuwachtigheid, heel vlot over. Chapeau!



Achteraf werden alle deelnemers getrakteerd op een leuke en vooral lekkere receptie. Hoogtepunten waren voor mij zeker en vast de spaghetti bolognese (dat vind je immers niet elke dag in Japan) en de pizza. Daarnaast waren er verschillende drankjes, twee grote schotels vol stukjes ananas, enz. Het was dus zeker de moeite, ook omdat er weer een aantal grappige en interessante momenten uit voortkwamen. Alles bij elkaar genomen kan ik zonder overdrijven zeggen dat dit muziekfestival tot de leukste gebeurtenissen hoort sinds ik in Japan ben, en ik ben enorm blij dat ik ervoor gekozen heb mee te doen.

Maar nu staat er dus alweer iets anders voor de deur: kerstmis in Matsumoto met wat oude klasgenoten, een paar andere Belgen en waarschijnlijk ook nog Japanners en andere buitenlanders. Ik zal daar waarschijnlijk pas kunnen over schrijven als ik terug ben (de 28e), maar ik kan nu alvast zeggen dat we zowel de 24e als de 25e kerstmis "op gepaste wijze" gaan vieren, en de dag erna dan gaan skiën. Ziet er toch al leuk uit, niet?

Na die kleine week in de bergen begint een heel lange vakantie die eigenlijk duurt tot begin april. Er komt dus ineens veel tijd vrij, die ik waarschijnlijk zal opvullen met twee dingen. Een eerste is contact met België, vooral dan "live" contact. Tot nu toe zijn bijna al mijn conversaties met het thuisfront via mail gevoerd, maar nu er tijd vrijkomt wil ik me ook meer beschikbaar maken op chatprogramma's als msn. Concreet voorzie ik om de twee à drie dagen online te komen, al kan ik op dit moment nog niets definitief beloven. Daarnaast zal het beantwoorden van mijn mail ook gewoon veel sneller gaan, dus laat die dingen maar komen!

Een tweede zaak waar ik aan wil werken, heeft te maken met mijn interesse in de Japanse politiek. Tot nu toe lees ik elke dag de krant hier (voorlopig wel enkel de Engelse versie), waardoor ik vrij goed op de hoogte blijf van alle verwikkelingen. Om die kennis wat aan te vullen, ben ik ten eerste van plan wat in de bibliotheek hier te gaan rondsnuffelen naar boeken die handelen over mijn interesses (vooral het kiesgedrag van Japanners, politieke corruptie en het verband tussen die twee zaken). Ten tweede ben ik van plan een bescheiden onderzoeksblog bij te houden, teneinde de informatie die ik vergaar actief te verwerken en dan ook te onthouden. Die blog zal waarschijnlijk nog veel minder bijgewerkt worden dan deze, maar ik hoop dat de berichten die ik erop zet vooral kwaliteit hebben.

Dat is dus wat ik van plan ben na Matsumoto, maar eerst ga ik daar dus genieten van ons kerstfeestje. Morgen moet ik er wel alweer om 5.30 uit, dus slapen moet ik nu doen. Maar voor ik het vergeet:

Zalig kerstfeest, wees lief voor elkaar en geniet ervan!

Ruben

zaterdag, december 09, 2006

Nee, ik ben niet dood

Ik denk niet dat ik hoef te vermelden dat het veel te lang geleden is dat ik deze blog nog heb bijgewerkt. Daar waren twee redenen voor: ten eerste wou ik iedereen de kans geven te reageren op mijn vorige bericht, en ik denk dat dat gemakkelijker gaat als het bovenaan bleef staan. Ik wil jullie in elk geval nogmaals bedanken voor de vele lieve woorden en ben erg blij dat zovelen er iets aan gehad hebben. Er was echter nog een tweede reden, en die is dat ik dezer dagen echt geen tijd heb gehad. Dat komt door werk voor school, allerlei evenementen en verjaardagen hier en ook wel mijn mailcorrespondentie met het thuisfront. Over dat laatste wil ik nog wat zeggen: ik probeer sowieso iedereen een mail terug te sturen, maar aangezien ik de laatste tijd erg veel digitale post krijg (drie per dag) en die allemaal deftig wil beantwoorden, kan dat antwoord in deze periode wat langer op zich laten wachten. Maar binnen twee weken begint onze schandalig lange vakantieperiode hier, dus vanaf dan zou het beter moeten gaan - nu ja, binnen drie weken, want binnen twee weken ga ik eerst nog een weekje kerstmis vieren in een ander deel van Japan.

Hoewel er ondertussen heel wat gebeurd is, ga ik dit bericht kort (proberen te) houden. Ik ga dus bijlange niet alles vertellen, enkel wat belangrijke zaken. Er zijn trouwens ook geen foto's bij deze keer, aangezien de gebeurtenissen zich daar niet goed toe leenden.

Beginnen moet ik doen bij het Osaka European Film Festival, ondertussen al twee weken geleden, maar toch even het vermelden waard. Jullie herinneren je misschien nog wel dat ik niet helemaal tevreden was met de manier waarop de organisatie hiervoor verliep, en ik was dan ook een beetje bezorgd dat dat me wat parten zou spelen als ik daar (zaterdag) ging helpen als vrijwilliger. Maar ik kan niet anders zeggen dan dat het heel goed meegevallen is, zo goed zelfs dat ik besloten heb ook de dag erna er te gaan werken. Veel moesten we (ic Michael en ik) niet doen, aangezien er eigenlijk te veel vrijwilligers waren, maar we hebben toch ons keigo (beleefd taalgebruik) eens kunnen oefenen bij het aanspreken van of enquêtes uitdelen aan de okyakusama (beleefd woord voor klanten/bezoekers). Bovendien mochten we per dag naar twee films gaan kijken. De eerste die ik gezien heb was Lifting de Corazon, een Spaans-Argentijnse productie met zowel komische als romantische elementen - maar het was géén romantische komedie! Daarna was er Simon, een Nederlandse film die alles had om Japanners te chocqueren: homo's, kanker, euthanasie en behoorlijk wat naaktscènes. Maar hij ging vooral over vriendschap, en heeft bij mij dan ook meerdere gevoelige snaren geraakt. Zondag hebben we maar één film gezien, maar het was er wel een van eigen bodem: Dennis van Rita, over een jongen met een mentale stoornis die vervroegd vrijkomt na te hebben vastgezeten voor poging tot aanranding van een minderjarige. Zijn moeder is daar natuurlijk erg blij mee, maar de buurt iets minder, met de nodige spanningen, wrevel en (later in de film) verzoeningsmomenten als gevolg. Het verhaal is goed (niet fantastisch), maar wat me vooral zal bijblijven zijn de sterke acteerprestaties. Actrice Els Dottermans was trouwens op de voorstelling aanwezig, en na de film hebben we dan ook even met haar kunnen spreken. Vriendelijke vrouw!

Aangezien dit echter geen filmrecensieblog is, ga ik meteen over naar het volgende puntje: mijn verjaardag. Wie mij wat kent, weet dat ik dat geen superbelangrijke dag vindt, maar dat neemt niet weg dat het altijd leuk is cadeautjes of kaartjes te krijgen, of eens verrast te worden door een paar vrienden. En vooral dat laatste heeft van die woensdag toch wel een zeer leuke dag gemaakt. Hilde en Judith hadden op voorhand gezegd dat ik zelf niets mocht plannen, aangezien zij mij gingen "ontvoeren". Dat hebben ze met verve gedaan, met name eerst naar een gezellig eethuisje en daarna naar een chocolatier/cakeshop. Dat alles was vergezeld van een paar leuke cadeautjes, gekoppeld aan (de "skiwi" niet in acht genomen) originele raadseltjes. Ik was in elk geval meer dan positief verrast, en wil hen langs deze weg dan nog eens bedanken. Dank!

Nadien keerde ik even naar de dorm terug om te skypen, aangezien ik moeilijk kan verjaren zonder met Stefanie te spreken. Daarna zat mijn verjaardag er echter nog niet op, want 's avonds gingen we nog iets gaan drinken. Aanwezigen waren Judith, Hilde, Michael, Chuuken, Waka (meisje uit backpackerscircle) en ik, en ook wel zeer veel drank. Te veel, eigenlijk. Ik moet dan ook toegeven dat ik voor de eerste keer in mijn leven echt zat was. Nu weet ik dat er sommigen zullen denken "eindelijk, dat werd tijd!", maar dat was niet echt het gevoel dat ik erbij had. Ik ga er niet ver over uitweiden, maar de controle verliezen over je eigen lichaam is niet iets wat een controlefreak als ik (op dat gebied toch) nog een keer wil meemaken. Mijn "strenge" houding tegenover zatte mensen is dan ook - tot spijt van wie 't benijdt - niet echt veranderd... Maar als ik dat minpunt even vergeet, blijft er enkel nog een zeer leuke avond over om op terug te blikken, en gecombineerd met de zeer geslaagde middagactiviteiten was het dus een bijzonder plezante verjaardag. Dank aan iedereen die kaartjes, mailtjes of cadeautjes heeft gestuurd. Zoals ik reeds gezegd heb, doe ik mijn best om op alles iets terug te sturen, maar dat duurt natuurlijk wel een tijdje.

De derde zaak waar ik het over wou hebben, houdt verband met het tooka ebisu festival in januari en de bijhorende fukumusume (geluksmeisjes), waar ik al een paar keer over heb geschreven. Vorige week zondag vond de officiële voorstelling van de 45 meisjes die de eer kregen fukumusume te worden, waaronder dus mede-Leuvenaars Hilde en Roos die ons kaarten voor deze show bezorgd hadden. En het was echt wel een show, met een naar het schijnt bekende presentator en het nodige klank- en lichtspel. Het grootste deel ervan bestond uiteraard uit de voorstelling van de meisjes. Ze moesten een voor een naar voor komen, zichzelf kort voorstellen en dan eventueel een kleine act doen. Er waren er heel goede bij, zoals een meisje dat wat leuke bewegingen deed met haar katana (zo'n Japans zwaard), maar ook heel wat dingen die vooral op mijn lachspieren werkten terwijl dat niet echt de bedoeling was. Ik had wel wat medelijden met het meisje dat Twinkle, twinkle, little star (Altijd is Kortjakje ziek) op viool begon te spelen en na vijf seconden al onderbroken werd door de presentator omdat ze er niets van bakte. Dat is trouwens toch opvallend aan Japanse shows, dat mannelijke presentatoren naar mijn mening irritant veel de aandacht naar zich toe willen trekken. Je zou verwachten dat de gasten het meest in het voetlicht gezet worden, maar hier is dat echt niet altijd het geval. Nu, de meeste gasten in zulke shows zijn meestal van die tarento, van die grapjassen wiens enige gave mijns inziens is dat ze in een half uur mijn vertrouwen in de mensheid onherstelbaar kunnen beschadigen, maar die dus zijn en dan ook best kunnen standhouden tegenover zo'n presentator. Maar meisjes tussen de 18 en 23 jaar die dan nog eens heel erg zenuwachtig zijn kunnen dat echt niet, en ik vind het dan ook jammer dat ze er in dit geval niet eerder voor gekozen hadden de meisjes de hoofdrol te geven. Maar goed, al bij al was het een zeer aangename show met vele grappige momenten. Tijdens de pauze werden er wel een paar van de bovenvermelde tarento op ons afgestuurd (om "komische" sketches te brengen), maar gelukkig riepen die net niet luid genoeg om mij wakker te houden.

Ik moet trouwens zeggen dat onze meisjes dat zeer goed hebben gedaan: in mooi Japans, zonder al te veel tekenen van zenuwachtigheid te tonen. Iedereen zag er trouwens beeldig uit in kimono. Foto's mochten jammer genoeg niet gemaakt worden, maar het hele gebeuren werd wel gefilmd en komt ergens eind december op televisie. De mensen van het Centrum voor Buitenlandse Betrekkingen gingen het zeker opnemen, dus ik krijg de beelden wel te pakken denk ik...

Nu blijft er nog maar een ding over: het Osaka Ryuugakusei Ongakusai, ofte Osaka Muziekfestival voor Buitenlandse Studenten. Al een hele poos geleden werd ik via-via gevraagd om hieraan deel te nemen, aangezien men gehoord had dat ik dwarsfluit speelde. Ik had toen gezegd dat ik dat wel wou doen, maar dat ik daar wel niet alleen op een podium zou gaan spelen. Ten eerste zou ik daar veel te zenuwachtig voor zijn dan goed is in deze periode en ten tweede is alleen spelen gewoonweg niet zo leuk. En dus ging er een tijdje voorbij zonder dat ik iets gehoord had van dat festival, en ik dan ook dacht dat het er niet meer van zou komen. Een week of drie geleden kreeg ik echter telefoon dat ze iemand gevonden hadden die wel piano wou spelen, een zekere Gordon. Aangezien mijn voorwaarde daarmee vervuld was, en ik er ook wel zin in had (dwarsfluit is toch wel een belangrijk deel van mijn leven), besloot ik toch mee te doen. Op de eerste repititie bleek echter dat Gordon geen noten kon lezen. Hij was wel goed in staat om een stuk op gehoor na te spelen. Geen probleem voor mij, maar duidelijk wel voor de op perfectie gerichte Japanners, die prompt naar een nieuwe pianist op zoek gingen. En die hebben ze snel genoeg gevonden, in de persoon van Junko, een twintigjarig meisje (en dat verkleinwoord mag hier zeer letterlijk genomen worden) dat al bijzonder goed met het stuk overweg kan. Voor de kenners: het gaat om Fantaisie, een stuk voor piano en fluit dat ik heb gespeeld op mijn openbaar examen drie jaar geleden. Je kan het hier beluisteren. Let wel, dit fragment is met de computer gemaakt en is dus geen opname van echte instrumenten. Het echte stuk klinkt dan ook veel beter, vooral door de vele nuances die je er zelf kan inleggen.

Oorspronkelijk ging ik alleen naar dat festival gaan, maar door vreemde sprongen van het lot is Judith er nu ook bij betrokken geraakt. Dat ging zo: om een nieuwe pianist te vinden, moest ik de pianopartij afprinten en aan een van de verantwoordelijken (Daisuke) van het festival gaan geven. Aangezien ik dat na een van mijn lessen deed en we een uurtje erna toch weer les hadden, vergezelde Judith mij om dat te gaan doen. Een paar dagen erna kreeg ik een mail van Daisuke waarin hij zei dat hij Judith toch nog eens wou ontmoeten. Na toestemming te hebben gekregen van haar - oh een stalker, spannend! - gaf ik haar contactgegevens dus door, en uiteindelijk bleek dat Daisuke haar wou vragen om op het einde van het hele gebeuren het festivalliedje (waarover meteen meer) mee te zingen. Niet zo'n zware opgave, dus dat ging ze wel doen. Tijdens de eerste repititie daarna onthulden de Japanners echter hun snood plan: ze vroegen Judith op een onbewaakt moment om de hele show te presenteren. De hele actie was zo perfect subtiel uitgevoerd dat deze niets anders kon dan ja te zeggen en daarmee dan ook onherroepelijk anaunsaa (announcer dus) werd. Maar alle gekheid op een stokje, dat is geen gemakkelijke opgave, vooral aangezien dat helemaal in het Japans zal moeten, maar we hebben er allemaal alle vertrouwen in dat ze dat goed zal doen.

En zoals ik al even vermeld heb, gaan we dus op het einde met alle deelnemers samen een liedje zingen. Op de eerste repititie was ik wat ontevreden over hoe dit verliep, aangezien ze zich te veel op melodie concentreerden en te weinig op samenzang. Er was dus geen dirigent om bijvoorbeeld bepaalde zeer enthousiaste, maar te luid zingende, Japanners wat in toom te houden. Op de tweede repititie werd dat echter volledig goedgemaakt, aangezien er ineens een zangcoach kwam opdagen die, hoewel hij nog zeer jong was, er echt wel iets van kon. Het was vooral ook echt grappig. De meeste van die mensen zijn sowieso al heel erg enthousiast met hun vak bezig, maar als het dan nog zo'n gekke Japanner is denk je al helemaal dat je in een verborgen camerashow zit. In het begin moesten we stretchoefeningen doen, vooral van onze benen (wat ik al vrij vreemd vond), maar ook van onze gezichtsspieren. Dat dat tweede nuttig is, daar kan ik inkomen, maar de oefening was gewoon heel erg grappig. We moesten immers vanalle gekke gezichten trekken, en schoten dan ook geregeld in de lach. Tijdens het zingen moesten we ook zoveel mogelijk haato (heart) in onze stem leggen door wild met ons lichaam te bewegen. Het was in elk geval allemaal enorm leuk, ik kijk al uit naar de volgende repititie (morgen).

Zo, dat was het weer. Zoals verwacht is het me niet gelukt het kort te houden, en dan heb ik nog heel veel niet verteld. Ik zal het de komende drie weken nog zeer druk hebben, maar ik ga in elk geval proberen nu toch niet meer te lang te wachten om hier een nieuw bericht te fabriceren. Dan moet er natuurlijk wel eerst iets gebeuren...